Duco Telgenkamp, hockeyinternational, topscorer en ondernemer: “Ik wil altijd de beste zijn!”

Hij wist tijdens het Europees Kampioenschap hockey alle ogen op zich gericht. Onder meer door zijn spectaculaire doelpunten is hij de revelatie van het mannenhockey geworden. Hij wordt steevast als Haagse hockeyer getypeerd maar wij, Wassenaarders, weten wel beter. Hij heeft het Adelbert College doorlopen en is op zesjarige leeftijd bij HGC begonnen met hockey. Met een enorme drive wil hij altijd de beste zijn en daar doet hij dan ook heel veel voor. Toen hij door het vele trainen figuurlijk gezien tegen een muur opliep waren daar zijn vader Maurits en zijn moeder Maud die hem steunden en weer vertrouwen gaven. Hij gunt iedere jonge sporter met talent hetzelfde, net als wat zijn ouders bij hem deden, steun en ondersteuning bieden om ambities waar te maken. Reden voor hem om daar zelfs een bedrijf (MVP) in te beginnen. Studeren was niet zijn ding. Hij wilde meer invulling geven aan zijn passie hockey en aan zijn bedrijf waarin hij persoonlijk advies geeft aan jongeren tussen de 13 en 18 jaar die een doel hebben maar ergens tegenaan lopen. Hij is een snelle denker en rap van de tong maar bovenal is hij gedreven, zowel in zijn sport als in zijn onderneming. Vlak voor zijn vakantie wist hij nog even tijd te maken voor De Wassenaarse Krant, voor een nadere kennismaking. Aan het woord, de topscorer van het afgelopen EK hockey, Duco Telgenkamp (21).

Door Jan Pieter Becker

“Op mijn 6e ben ik met hockey begonnen, bij HGC om op mijn 12e over te stappen naar HDM waar ik uiteindelijk in het 1e speelde. Vorig jaar werd ik door Kampong benaderd of ik daar wilde komen spelen. En ja, hoe gaat dat, eerst werd ik door een speler gebeld en later door de coach . Maar ik wist al dat Kampong zou bellen en ik wist ook al dat ik dan zou gaan. Kampong was en is mijn droomclub, ook doordat hockeyinternational Robbert Kemperman daar speelde, de beste hockeyer ter wereld”.

“Het was natuurlijk mooi dat Kampong me vroeg maar je moet wel een plan hebben en dan is het daarnaast nog kijken of je in het team past. Wat hielp is dat Tim Ouderaller de coach was, die kende ik van Jong Oranje. We hebben afspraken gemaakt, contract getekend en dan begint het, dan is het gewoon lekker trainen, keihard trainen. Ik heb een enorme bewijsdrang, wil me voortdurend bewijzen en wil me meten met de beste. Het eerste half jaar heb ik alles in me opgenomen, het was een periode van luisteren, leren, veel leren en doen. Ik was net een spons die alles tot me nam, soms had ik zelfs koppijn van de vele informatie die ik kreeg. Maar bij het EK kwam alles eruit wat ik geleerd had, kwam alles samen. Ook mijn bewijsdrang op het veld, ook de beste willen zijn. Het was prachtig om mee te maken en vooral prachtig dat ik erbij mocht zijn”.

“Ik leef voor de sport en daarnaast is er het ondernemerschap, het opbouwen van mijn bedrijf MVP (most valuable player). Veel jongeren hebben talent maar ze lopen soms tegen een muur op en daar moeten ze dan doorheen. Bij mij heeft mijn vader me geholpen maar niet iedereen heeft zo’n vader en ik bedacht, ik begin een bedrijf om anderen te helpen 100% van hun talent tot bloei te laten komen. We richten ons op jongeren tussen de 13 en 18 jaar met ambitie in hun sport, bijvoorbeeld hockey, voetbal of welke sport dan ook. Met MVP geven we trainingen door topsporters van de verschillende sporten maar we focussen ons niet alleen het trainen maar ook op de brede ontwikkeling van de speler zelf. Zo geven we de jeugd een sterke basis van gezond leven, een zelfverzekerde geest en een krachtig lichaam met trainingen op het hoogste niveau. Wat we onder andere doen is het geven van clinics”.

“Klinkt misschien raar maar eigenlijk heb ik een saai leven. Het is bij mij sporten en mijn bedrijf, dat is waar ik me mee bezig houd. En door het vele trainen en mijn bedrijf heb ik eigenlijk niet veel tijd voor andere dingen. Maar wat ik wel doe dat is boksen, boksen met vrienden. Een vriend van mij heeft een boksschool aan de Fruitweg in Den Haag en regelmatig gaan we daar met z’n allen heen om lekker te boksen”. Foto: Maurits Telgenkamp.