Afbeelding
Foto:

Ongekende rijkdom aan stinzenflora geeft kleur aan voorjaar in Wassenaar

Stinzenplanten zijn vroegbloeiende planten die ondergronds bollen, knollen of wortelstokken hebben en grofweg bloeien van januari tot mei. Oorspronkelijk werden deze planten aangeplant op historische locaties waar de adel en andere vermogenden ze hebben aangeplant. Wassenaar heeft wat dergelijke inwoners betreft natuurlijk een reputatie, maar het aardige is dat stinzenplanten niet gedijen op veel geld, maar zaken als grondsoort, waterhuishouding en licht veel belangrijker vinden. Het maakt dat typische stinzenflora het in Wassenaar ook buiten de landgoederen op talloze plekken heel erg naar de zin heeft.

Door Jos Knijnenburg

De naam ‘stins' (meervoud stinzen of stinsen) verwijst naar het Friese woord voor een stenen huis, maar de naam wordt ook veelvuldig gelinkt aan de betekenis van hofstede. De veelal vermogende bewoners importeerden en kweekten dergelijke planten vanwege hun sierwaarde (om mee te pronken) en soms ook vanwege de geneeskrachtige werking die aan bepaalde soorten werd toegedicht. Er zijn tientallen soorten stinzenplanten maar er is één soort die iedereen kent en die wat betreft het bloeiseizoen net als Max Verstappen steevast op poleposition is te vinden, het Sneeuwklokje (zie foto). Er zijn landgoederen in Wassenaar zoals Backershagen waar complete witte tapijten bestaande uit ontelbare Sneeuwklokjes zijn te vinden. Ook in De Paauw duiken ze overal op. Typerend voor stinzenplanten is dat ze het in het voorjaar heel goed onder bomen doen omdat ze voordat het blad aan de bomen komt, volop kunnen profiteren van het extra zonlicht. De optimale condities voor stinzenplanten zijn in Wassenaar zeker niet beperkt tot de klassieke landgoederen en buitenplaatsen. Pal naast de voormalige boerderij Johanneshoeve aan de Oostdorperweg hebben Sneeuwklokjes het tussen de bomen jaarlijks voor het zeggen, een verschijnsel dat ook nabij Camping Maaldrift in de wegberm is te zien. Half maart is wel uit met de meeste pret voor de Sneeuwklokjes, maar er zijn tientallen soorten stinzenplanten die tijdens de rest van het voorjaar het stokje overnemen. Dertig jaar geleden constateerden de schrijvers van het boekje ‘Natuurlijk Wassenaar' dat de stinzenflora in het dorp amper aan de grote klok wordt gehangen en dat veel publicaties het vooral over andere regio's hebben. De schrijvers constateerden één uitzondering en dat was Clingendael waarover een Haagse folder bleek te bestaan die 30 soorten stinzenplanten beschreef die daar voorkomen. 

De botanische rijkdom van Clingendael heeft sowieso niet te klagen over aandacht. Kijk maar eens naar de vele artikelen die Joost Gieskens daaraan heeft gewijd in het geditaliseerde archief van het Wijkblad Benoordenhout op wvbn.nl. Wie dit voorjaar de Wassenaarse rijkdom aan stinzenflora wil ervaren hoeft echter niet zover naar het zuiden. Wilde narcissen trekken thans steeds meer de aandacht zoals in De Horsten pal tegenover Raadhuis De Paauw. Het Lelietje-van Dalen is straks op grote schaal in Rust en Vreugd te bewonderen. Op internet is de stinzenflora-monitor te vinden waarop niet alleen allerlei soorten stinzenplanten zijn te vinden, maar ook wanneer ze bloeien. De verwildering van deze planten en hun vermogen om zich te vermeerderen, maakt dat er steeds meer komen. In afgesloten landgoederen als Zuidwijk dat straks op sommige plekken volstaat met blauwe Boshyacinten, kan het publiek ze nauwelijks zien, maar op heel veel plekken in Wassenaar is dat anders. Van Bosanemoon tot Haarlems Klokkenspel en van Groot Glaskruid tot Daslook is ook dit jaar weer sprake van een doorlopende voorstelling.