Politieke steun voor onderzoek grensoverschrijdend gedrag

Vervolg voorpagina:

Door Jan H. de Roij

Oppositieleider Hubert Schokker (CDA) vindt het verstandig dat er een onderzoek komt: “belangrijk dat er voor iedereen een sociaal veilige werkomgeving is en om gewoon en fatsoenlijk met elkaar om te gaan”. Hij hoopt dat de resultaten van het onderzoek snel bekend worden en dat wordt aangegeven “hoe de situatie kan worden verbeterd”. Voor de andere oppositiepartij D66 is met name ook de instelling van een vertrouwenspersoon van belang. Volgens Rogier Krabbendam heeft D66 daar al voor de politieke crisis op aangedrongen. Onderzoek en vertrouwenspersoon zijn voor hem “een eerste stap in het herstel van vertrouwen en het waarborgen van een veilige werkomgeving”. Henri van Smirren (PvdA) verwacht van bestuurders dat zij respectvol opereren en hij onderstreept het belang van de onafhankelijkheid van het onderzoek: “dit voorkomt discussie over de slager die zijn eigen vlees keurt”. Ben Paulides (DLW) benadrukt dat, wil het onderzoek onafhankelijk zijn, duidelijkheid dient te bestaan over wie het onderzoek gaat doen en wat de onderzoeksvragen zijn. Ook vindt hij dat wethouder Hendrickx lopende het onderzoek zijn taken zou moeten neerleggen. Hij is vooral ook boos over de verklaring van de overige wethouders dat zij zich niet herkennen in de beleving van Caroline Klaver. Paulides is van mening dat je signalen serieus moet nemen, ze moeten worden onderzocht en in de tussentijd dien je je te onthouden van commentaar.

Gerbrand Nijman (VVD) benadrukt dat het belangrijk is dat iedereen, dus ook raadsleden, collegeleden en alle ambtenaren in een sociaal veilige omgeving kunnen werken. Hij dringt erop aan dat tijdens het onderzoek “alle partijen worden gehoord”. De partij omarmt het voornemen een onafhankelijke vertrouwenspersoon aan te stellen.

Coalitiepartij Lokaal Wassenaar staat positief tegenover het voorgenomen externe onderzoek en de instelling van een vertrouwenspersoon. Volgens fractievoorzitter Jeroen Gankema is over het algemeen de bestuurscultuur niet onprettig “we onderhouden goede relaties met zowel onze collega-raadsleden als met de wethouders”. Bovendien wijst hij erop dat de bestuurscultuur samen wordt gemaakt “tijdens debatten, afstemmingsoverleggen, inspraakavonden, in de media en op de publieke tribune.” Terugkijkend op de politieke crisis wijst hij erop dat het college niet gevallen is op inhoudelijke gronden, maar vanwege “de slechte verhoudingen tussen enkele wethouders”. Ook de andere coalitiepartij, Groen Links, onderschrijft het belang van een onderzoek. Wel specificeert Sonja Hibbert: “over meerdere jaren en periodes, inclusief de verhoudingen tussen de partijen in de raad”. En tot slot Hart voor Wassenaar. Ook deze partij steunt het onderzoek. De politiek leider, Henri Hendrickx, begrijpt dat de burgemeester de opmerkingen van Caroline Klaver niet zo maar kan laten lopen: “en dus moet hij wel wat doen”. Hij kwalificeert de afscheidsspeech van Caroline Klaver als onwaardig en hij vindt eigenlijk dat de burgemeester als voorzitter van de gemeenteraad had moeten ingrijpen tijdens het voorlezen ervan.

Het is goed te constateren dat alle partijen in de gemeenteraad positief staan tegenover het externe onderzoek en dus, veronderstellen we, ook eraan zullen meewerken. Na de zware beschuldigingen van Caroline Klaver zat er voor het gemeentebestuur ook weinig anders op dan hier serieus op in te gaan. Vorige week sprak de burgemeester zelfs over meerdere signalen. Zonder op de resultaten te willen vooruitlopen zou het echter niets verbazen als de oorzaak van de problematische bestuurscultuur niet alleen gezocht moet worden in ‘incidenteel onzorgvuldig, intimiderend taalgebruik' maar ook in de confronterende persoonlijke verhoudingen tussen enkele politici. En zijn over dat laatste ‘fenomeen' niet na de vorige grote politieke crisis uitgebreide sessies georganiseerd?