Afbeelding
Foto:

Wassenaarder Coen van Bunge uitgeroepen tot beste hockeyscheidsrechter ter wereld

In het Zwitserse Lausanne maakte de Fédération Internationale de Hockey (FIH) het nieuws bekend dat hij werd uitgeroepen tot beste mannelijke hockeyscheidsrechter ter wereld, een prachtige bekroning voor een carrière als scheidsrechter die op 16-jarige leeftijd bij de hockeyclub Cartouche in Leidschendam begon. 

Door Jan Pieter Becker

Als klein jongetje werd hockey zijn sport en hij bleek te beschikken over uitzonderlijk keeperstalent. Zo doorliep hij achtereenvolgens de elftallen D1, C1, B1 en A1. Overgang naar de senioren was daarna aanstaande maar niet voor onze plaatsgenoot. Hij dacht met fluiten een betere toekomst te krijgen en met de bijzondere onderscheiding is dat ten volle gelukt. Aan het woord, de relativerende en vrolijke toparbiter: Coen van Bunge (41).
"Het scheidsrechter zijn trok naast het keepen ook al vroeg mijn aandacht. Ik weet nog mijn eerste wedstrijd die ik voor de Hockeybond mocht fluiten, heel spannend, het was HGC jongens B1 tegen Victoria B1en ik gaf toen 2 gele kaarten (5 minuten straf voor een zware overtreding, red). Daarna kreeg ik van de bond steeds betere wedstrijden en mijn beoordelingen waren altijd positief. In 2006 kwam ik in de landelijke groep arbiters en mocht ik ‘Dames hoofdklasse' en ‘Heren promotieklasse' fluiten. En toen ging het heel hard want in 2008 werd ik al internationaal scheidsrechter. Ik werd ingedeeld bij steeds belangrijkere toernooien inclusief de Olympische finale in Tokyo en vloog de hele wereld over. De FIH vergoedt de reis en het hotel, de rest moet zelf betaald worden. Het scheidsrechter is nog steeds vrijwilligerswerk”.

“In 2019 ben ik in dienst getreden van de Koninklijke Nederlandse Hockey Bond en ik houd me daar onder andere bezig met het opleiden van hockeyscheidsrechters. Tegenwoordig moet iedere hockeyer van 15 jaar of ouder een scheidsrechtersexamen doen. Wat ik doe is vooral enthousiasmeren, laten zien dat fluiten leuk is en waar mogelijk bied ik verenigingen ondersteuning in de vorm van een masterclass, lezingen, etc”.

Uw correspondent wil natuurlijk weten wat hem zo goed maakt, waarom hij de beste is. Coen: “Ik denk dat ik eigenlijk geen scheidsrechter ben, ik ben meer een manager die het spel begeleidt, die snapt hoe spelers in elkaar zitten, die niet het reglementenboekje leidend maakt maar het spel, die geen afstand creëert, die niet uitgaat van het principe ‘wij tegen zij’ maar die het samen wil. Daarnaast wijs ik ook nog wel eens de goede kant op”. En hij vervolgt: “Er zijn nog steeds scheidsrechters die fluiten volgens het boekje, die scheidrechters hebben vaak niet hoog gehockeyd. Welke sport ook, scheidsrechters moeten het samen doen met de spelers en snappen waar de emotie vandaan komt. Maar de scheidsrechter is wel degene die de norm bepaalt, tot hier en niet verder. Behandel spelers zoals jezelf ook behandeld wil worden”.

Coen tot slot: "Scheidsrechter is een belangrijke taak en daar mogen scheidsrechters best trots op zijn. Dat zie ik nog te weinig. Want een scheidsrechter geeft spelers de leukste 70 minuten van het weekend”.